Tjiftjaf (Tjiftjaf)
Klein bruin vogeltje
In bossen, parken en tuinen zijn ontzettend veel van die kleine, bruine vogeltjes. En zie die maar eens uit elkaar te houden. De tjiftjaf en de elders beschreven fitis zijn zo’n stel. Ze hebben dezelfde voorouders en worden ook wel tweelingvogels genoemd. Ze zijn wel met elkaar te kruisen, maar er zijn slechts sporadisch vogeltjes ontdekt die aan de zang te horen zowel tjiftjaf als fitis kenmerken hadden. Het vrouwtje is nl. kieskeurig en wil een mannetje wat dezelfde zang heeft als zijzelf.
Dat is voor ons mensen ook handig, want de tjiftjaf heeft een heel ander geluid dan de fitis. De tjiftjaf roept zijn eigen naam op een vrij eentonige manier. Zijn wetenschappelijke naam collybita kun je vertalen als geldwisselaar. En ja, zijn roep/zang lijkt wel wat op het monotone geluid van muntgeld op tafel tellen. In het vroege voorjaar is het een welkom geluid. De tjiftjaf opent het seizoen van de terugkerende trekvogels. Vanuit landen rondom de middellandse zee vliegt hij in enkele weken naar het noorden en hoor je hem als eerste zingen.
Taken verdelen
En dan is het tijd voor gezinsvorming. De tjiftjaf woont het liefst in een gebied met hoge bomen waar veel onderbegroeiing is. Het is een druk vogeltje, die graag veel heen en weer scharrelt tussen de bosjes maar ook hoog in boomtoppen. Want dat zingt zo lekker. Een nestje maken doet de tjiftjaf laag bij de grond. Dat is het werk van het vrouwtje. Die fabriceert een knus, bolvormig nestje, dik bekleed met zachte veren en een handige zij ingang. Beide nemen het niet zo nauw met de trouw. Mannetje tjiftjaf heeft als doel te zorgen voor zeer talrijk nageslacht. Het vrouwtje verwelkomt meerdere mannetjes. Als er maar genoeg eieren komen, dat is het doel. Het eerste legsel kan wel 6-7 eitjes bevatten, het (soms) tweede legsel bestaat uit 2 of 3 eitjes. Na twee weken komen de vogeltjes uit het ei. Moeder tjiftjaf heeft het dan nog enkele weken druk met voeren. Omdat ze de nestingang geheim wil houden, voert ze tussen de kieren en spleten van het nest. Vader bemoeit zich niet meer met zijn gezin. Na drie weken nestverblijf ziet hij zijn jongen vast wel eens rondvliegen, op zoek naar eten. De tjiftjaf eet kleine insecten, rupsen, muggen, spinnen, luizen, larven, etc. Blaadjes van bomen en op de grond worden zorgvuldig bekeken door dit vogeltje, er is altijd wel iets te eten. En anders zijn er wel bessen en overrijpe kersen te vinden.
Tjiftjaf versus fitis
Maar hoe onderscheid je nu een tjiftjaf van een fitis of ander bruin vogeltje? Voornamelijk door de zang, het roepen van de eigen naam. Verder kun je letten op de pootkleur, die is bij de tjiftjaf donker. De tjiftjaf is onrustig, zit niet lang op dezelfde plek. Tijdens het eten zoeken slaat de tjiftjaf langzaam met zijn staart, een fitis doet dit nooit. Omdat de tjiftjaf niet zo ver reist als de fitis, heeft de tjiftjaf kortere vleugels. Het buikje kan iets witter zijn dan de fitis en de gele wenkbrauwstreep iets geler. Kleine details die aangeven dat het toch wel verschillende vogeltjes zijn.
Overzicht: Vogels