Knobbelzwaan (Knobbelswan)

Vliegwonder
Langzaam zwemmend in het water, sierlijk de lange hals gebogen of trots opgeheven; het is een bekend plaatje als we het hebben over de sneeuwwitte knobbelzwaan. Meestal met z’n tweeën, soms een groepje nakomelingen achter hen aan drijvend. De knobbelzwaan heet zo vanwege de zwarte knobbel boven op de oranje-rode snavelbasis. Het is de grootste watervogel, zijn spanwijdte kan 2.40 meter bereiken. Hij is 140 tot 160 cm groot en weegt 10 -12 kilogram. Zie dat maar eens de lucht in te krijgen als je een stukje wilt vliegen. Dat lukt de knobbelzwaan prima. Het is fascinerend te zien hoe hij de zwaartekracht overwint. Hij gebruikt het wateroppervlak van een plas of sloot.

Het vergt enorm veel energie, een explosie van activiteit. Hij maakt snelle renbewegingen in en al vlug op  het wateroppervlak terwijl hij met de vleugels slaat. Naarmate hij  de wind onder de vleugels krijgt en dus meer lift ontstaat, komt hij hoger uit het water. Hij blijft rennen, je ziet de zwemvliezen duidelijk wervelingen in het water achterlaten tot er geen contact meer is met het water. Hij vliegt! De poten worden netjes onder het lijf gevouwen, de hals is gestrekt en de vleugelslagen zijn krachtig. Ze maken een zingend geluid. De knobbelzwaan kan niet langzaam vliegen, hij moet een bepaalde snelheid houden om in de lucht te blijven. Een zwaan kan een snelheid van 95 km per uur halen.

Het landen gaat al even spectaculair. Hij moet afremmen  en strekt daarom zijn poten naar voren en spreidt de staart. Zo landt hij op een wateroppervlak, nooit op land, en zwemt beheerst weg. Vliegtuigen hebben vast het inhalen van hun landingsstel bij het opstijgen afgekeken van de zwanen.

Zwanenveer
De mooie zwaan die eerst een lelijk eendje was. Iedereen kent vast dit verhaaltje. Er zijn veel weetjes over de zwaan. Wist u bv. dat zwanen zeer intelligent zijn en onthouden wie er goed voor hen is geweest? Zwanen kunnen mensen herkennen. En wist u dat een zwaan in het wild ongeveer 20 jaar kan worden? In gevangenschap zelfs 50 jaar. Een zwaan is meestal voor het leven trouw aan de partner. Toch zijn er wel zwanen bekend die ieder jaar een nieuwe partner hebben. Niets is hen vreemd! Een mannelijke zwaan wordt cob genoemd, het vrouwtje noemt men pen.

De knobbelzwaan heeft prachtige witte veren. Het zijn er maar liefst  25.000. Volgens een oud bijgeloof zal  een zwanenveer in je hoofdkussen er voor zorgen dat je echtgenoot  je trouw zal blijven.

Zwanendriften verboden
Bij ons zijn de knobbelzwanen voor een groot deel nakomelingen van de zwanen die in de eerste helft van de  20 e eeuw werden gehouden om hun dons. Er was geen vraag meer naar zwanendons en de zwanen werden vrijgelaten. Van oorsprong kwam de zwaan voor in het noorden van Centraal-Europa, zuid Scandinavië en rond de Zwarte Zee. Omdat de mens de zwanen overal uitzette, zijn ze nu wijdverspreid. In Engeland en Wales  zijn alle wilde knobbelzwanen eigendom van het staatshoofd. Dit staat in een wet daterend uit de middeleeuwen, toen zwanenvlees nog een delicatesse was voor de rijken.

Ook nu wordt er o.a. in Oost-Europa, nog zwanenvlees gegeten. Daartoe worden zwanennesten leeggeroofd en de eieren worden in een broedmachine uitgebroed, de kuikens opgefokt tot er een biefstuk uit te halen is. Deze illegale praktijken spelen zich helaas heden ten dage ook af in ons land.Enkele jaren geleden nog werden twee Fransmannen in ons land betrapt met een kofferbak vol zwaneneieren. In 2020 werd een eerder leeggeroofd zwanennest in Twente dankzij een groots burgerinitiatief met man en macht bewaakt en beveiligd. Pas in 2016 is een wet van kracht geworden die zwanendriften verbied.  Zwanendriften is een vorm van pluimveehouderij waarbij zwanen in de ‘vrije natuur’ worden gehouden en verhandeld. Ze worden daarvoor geleewiekt, wat inhoud dat er een stuk vleugelbot wordt verwijderd waardoor de zwaan nooit meer kan vliegen. Vanaf 2018 is dit leewieken helemaal verboden.

Bedreigingen in voortbestaan
De zwaan blijft een dier wat wordt geliefd en gehaat, bejubeld en bejaagd. Mensen genieten van hun verschijning. Aan de andere kant zorgen zwanen voor schade op weilanden waar ze in de winter massaal foerageren en daarom worden ze ook wel afgeschoten. Desondanks weet de knobbelzwaan zich kwa aantal goed te handhaven. Na 1970 was er een flinke groei, maar sinds 2005 lijken  de hoeveelheid zwanen zich te stabiliseren. Dat kan komen door vervolging, dat kan mede liggen aan koude winters die zorgen voor sterfte, verzwakking met lagere broedprestaties. Een deel van de zwanen  blijft  ’s winters in hun gebied. Ze vormen soms grote groepen in de meren, langs beschutte zeekusten en riviermondingen. Vogels uit het oosten komen in de winter naar Nederland en dan kunnen er zomaar rond de 46.000 knobbelzwanen zijn.

Zwanenzang
De knobbelzwaan lijkt een toegankelijk dier. In mythes en oude volksverhalen was hij de brenger van kinderen, de zachtaardige, sierlijke, vogel. Een fries volksverhaal vertelt dat kinderen werden geboren in een woud en de kraamvrouw  moest het kind zelf  ophalen. Ze mocht gebruik maken van een scheepje met wit zeil, getrokken door twee zwanen. De zwaan werd gekoesterd als schakel tussen het leven en de dood, immers de ziel veranderde in een vogel. In Friesland was het lang de gewoonte een pasgeboren kind een ‘geboortelepel’ kado te doen. Op de steel stond vaak een levensboom, geflankeerd door twee sierlijke zwanenhalzen en daaronder een onheil afwerend engelenkopje. De symboliek van de twee sierlijke witte vogels stond centraal, als verbinding tussen de wereld der geesten en de wereld van de mensenziel.  Ook werden zwanen afgebeeld op de ûleboerden die de top van boerderijen sierden. Verder waren er hardnekkige verhalen over de zwanenzang, het lied dat zwanen zongen vlak voor hun dood. Wetenschappers hebben dit geprobeerd te achterhalen, maar geen vogel is zo zwijgzaam als een knobbelzwaan. De zang is nooit bewezen.

Goede ouders
Wij kennen de knobbelzwaan als vertrouwde vogel in sloten en plassen. Vooral het familieleven van de zwaan ontroert menigeen. Het paar wat een levenlang bij elkaar blijft en de zorg voor hun donzige nakomelingen speelt zich pal onder onze neus af. En ja, de kleintjes worden actief beschermd en verdedigd. Dat maakt de zwaan nog geen agressieve vogel, meer een beschermende ouder. Zowel vader als moeder zijn in de broedperiode uitermate beschermend en alert op ieder gevaar.

De jonge zwanen komen ter wereld in een groot nest, gebouwd van plantenmateriaal en dichtbij de waterrand. Het vrouwtje broedt 38 dagen op de 5-8 ovale eieren van ongeveer 11 cm. Wanneer de jongen uitkomen blijven ze maar één dag in het nest. De vader neemt de taak als oppasser serieus, hij zwemt rond met de kleintjes op de rug terwijl moeder de andere eieren uitbroedt. Ook nadat ze er allemaal zijn mogen ze zo nu en dan meeliften op vader of moeders rug. De jongen blijven het hele eerste levensjaar bij de ouders. Ze kunnen na 4-5 maand vliegen. Wanneer ze het verenkleed van volwassenen krijgen worden ze door de ouders verjaagd. Een zwaan is pas in zijn derde levensjaar volgroeid en trekt dan op met andere jonge zwanen. (Wikipedia)

Groepen vormen
Buiten de broedtijd zijn alle zwanen vaak bij elkaar in grote groepen. In de ruiperiode (zomers) zoeken de zwanen grote open wateren uit, dat is veilig in de tijd dat ze niet kunnen vliegen. Op randmeren , het IJsselmeer en Deltagebied zijn dan duizenden zwanen te zien. In de herfstperiode zoeken ze massaal randmeren op omdat daar het voedselaanbod met veel waterplanten gunstig is.  In het winterhalfjaar zijn ze veel in open graslanden in LaagNederland te vinden (Sovon).  

Het voedsel van de knobbelzwaan bestaat uit  waterplanten en gras. De knobbelzwaan heeft een lange, buigzame nek met wel 23-25 nekwervels (wij mensen hebben er 7).  Hij kan daarmee wel tot een meter onder water komen om de dieper gelegen waterplanten te eten. Dit noemen we grondelen. Hij gaat nooit helemaal onder water, soms zie je alleen de staart en achterpoten als hij op zijn kop staat en trappelt met de poten om bij die lekkernijen te kunnen komen.

Een zwanenmeer als balletthema, de zingende, stervende zwaan, de symbolische zwaan en voor ons de prachtige, sierlijke zwaan die thuishoort in onze wateren. Ze verdienen onze bescherming.

Overzicht: Vogels