Ransuil (Katûle)

De perfecte vogel
Dat je zonder geluid te maken kunt vliegen…of dat je zo’n ingenieus gehoor hebt met oren op verschillende hoogtes….en dat je in het donker alles kunt zien….dan moet je wel een wonderlijk dier zijn. Uilen zijn dat. De ransuil is er eentje die daarnaast opvalt vanwege het uiterlijk. Ranse is een ander woord voor sluier. De veertjes op zijn gezicht vormen lijntjes die op een sluier lijken, vandaar de naam ransuil. Op het hoofd hebben ransuilen twee veerpluimen. Het zijn geen oren; met deze veren geeft de ransuil aan of hij alert is (veren omhoog) of ontspannen zit te dommelen (veren plat). Het tweede wat opvalt zijn de fel oranje ogen.  Onze lokale uilen hebben  drie oogkleuren : zwart (bosuil en kerkuil), oranje (ransuil en oehoe) en geel (ruigpootuil, steenuil en velduil). Er wordt wel eens beweerd dat de kleur iets zegt over jachtgewoontes. Gele ogen wijzen er op dat de uil overdag jaagt, met zwarte ogen zie je ’s nachts alles prima en oranje ogen zijn geschikt om in de schemering te jagen. Maar de uilen hebben zelf het antwoord gegeven: de ransuil (oranje) en de ruigpootuil (geel) jagen het liefst in de nacht. Een fantasieverhaal dus.

Balans
Het mysterieuze leven van uilen nodigt uit tot verhalen. En toch zijn het net zulke gewone, bijzondere en innemende vogels als een roodborstje of merel. Ze hebben hun leven, vormen jaarlijks een vers koppel, zorgen voor nageslacht,  verdedigen huis en haard en vergaren voedsel. In een omgeving die in balans is, leveren ze hun bijdrage aan het op peil houden van de muizenstand en eten zo nu en dan ook andere kleine zoogdieren, vogels en grote kevers.

Veldmuizen zijn het hoofdvoedsel voor de ransuil. Deze muizensoort maakt van nature een drie- tot vierjarige cyclus door. In een piekjaar van veldmuizen brengt de ransuil veel jongen groot. Deze cycli zijn grotendeels verdwenen door de intensieve landbouw. De balans is verstoord en er ontstaat voedselgebrek voor de ransuilen. Daarnaast hebben deze uilen in hun leefomgeving houtwallen, heggen, naaldbossen en open grasvlaktes nodig. Het is aan de mens om dit in stand te houden of de balans terug te brengen. Verder zijn er nog andere bedreigingen, zoals de ei-stelende marterachtigen. De ransuil is door deze bedreigingen op de rode lijst terecht gekomen en staat omschreven als kwetsbaar. (bron vogelbescherming)

Het aantal broedparen betrof in de periode 2018-2020 volgens tellingen van SOVON: 2100-3000 paren. Sinds de jaren zeventig vorige eeuw daalt het aantal drastisch. In 1990 nam de populatie ransuilen af met 5 % per jaar, grotendeels veroorzaakt door veranderende landbouw.

Dagelijks leven
Hoe een ransuil zijn tijd doorbrengt, hangt af van het seizoen. Ransuilen hebben graag een rustig,  wat afgezonderd leven, nauwelijks zichtbaar voor het menselijk oog. Maar in de winter zijn het opeens groepsdieren geworden. Ze zoeken elkaar op, met honderden tegelijk komen ze bijeen om een rustplek te vinden. Dat heet in het uils vakjargon  ‘roestplek’. Al hun drang om zich eenzaam te verstoppen is weg. Midden in steden en dorpen vinden ze een geschikte boom en kruipen er met z’n honderden tegelijk in. Waarom doen ze dat? Het meest waarschijnlijk is de basisbehoefte aan voedsel en veiligheid (?). Op de velden en de bosranden is weinig voedsel in de winter, dichter bij de mensen zijn de kansen groter. Daar zijn ratten genoeg en in andere bomen, struikgewassen en parken overwinteren veel kleine vogeltjes op een kluitje. Bovendien komen de buizerds en haviken nauwelijks in de steden en dorpen om te jagen .  Daarmee zijn de ransuilen hun grootste concurrenten kwijt. Wat veiligheid betreft is een roestplek dichtbij mensen een minder goed idee, want de mens is door expansiedrang en levenswijze een grote vijand van ransuilen.

Ransuilen hebben een bijna perfecte manier van onzichtbaar worden ontwikkeld. Zittend in een boom vallen ze bijna niet op. Het streeppatroon op de buik doet hen wegvallen tegen de achtergrond van een tak, net als de vlekpatronen op hun borstkas die lijken op chocoladevlekken. Het patroon is als twijgjes in een boom. Ook de rug heeft een vlekkenpatroon en de poten zijn door lichte donsveertjes nauwelijks zichtbaar. Daarnaast zit de ransuil doodstil, maakt zich slank en lijkt op een tak of deel van de stam. Toch ontspant de ransuil ook wel, dan laat hij de boel lekker hangen. Bol buikje, veerpluimen op  half vijf en een beetje dommelen met gebogen hoofd en gesloten ogen. Bij het minst of geringste onbekende geluid staat hij echter meteen op scherp. In de nacht komt hij weer tot leven en begint de jacht op voedsel. Overdag zie je ze niet. Voor de mens is een ransuil moeilijk te zien.

Uilskuikens
Vroeger werd de uil als dom dier beschouwd, terwijl hij tegenwoordig het symbool van wijsheid placht te zijn. Als men iemand niet al te snugger vond werd er gezegd dat hij “een uil van een vent” was, of ‘uilskop’ . Een uilskuiken zou dan de overtreffende trap zijn. Nog veel dommer dan de uil. Waarom de uil als dom werd gezien is niet duidelijk. Misschien omdat ie met zijn stille houding en starende ogen  “dom voor zich uit staart” ? De uil werd vroeger ook gezien als brenger van onheil. Mogelijk door zijn geruisloze vliegen in de nacht en naargeestige geluiden die hij maakt. En zo wordt de uil op basis van zijn aangeboren vaardigheden benoemd als engerd. Maar tegelijkertijd is het een grote wens van velen om de uil te kunnen zien, zo intrigerend is het dan ook wel weer. 

De echte uilskuikens die ieder jaar uit het ei komen zijn meestal met z’n vieren of vijven. Ze worden grootgebracht in een gekraakt nest. Vaak was dat van een kraai, ekster of eekhoorn. Ransuilen maken zelf geen nesten.  Doen ze dat bij nood wel dan wordt het nest op de grond gemaakt, aan de voet van een boom. Het vrouwtje bebroedt de eieren vanaf het eerste ei, daardoor zit er verschil in grootte tussen de uilskuikens. Man help mee met het voeren. Na 3 weken kruipen de kleintjes uit het nest en klimmen naar boomkruinen vlakbij het nest. Ze verblijven op de takken in de boom en worden daarom ook wel takkelingen genoemd. Ongeveer twee weken later zijn ze vliegvlug.

Willen we nog lang genieten van deze mysterieuze, prachtige uil, dan ligt het antwoord op deze vraag besloten in de levenswijze van de ransuil. Rust, ruimte om te jagen in een voedselrijke omgeving en schuilplekken in bomen, heggen en bosranden. Dat moet toch te doen zijn?

Overzicht: Vogels